De Koninklijke Beroeps­organisatie van Gerechts­deurwaarders (KBvG) waarschuwt burgers voor nepberichten (via e-mail, sms en WhatsApp) van oplichters die zich voordoen als gerechts­deurwaarder. De oplichters versturen nagemaakte aanmaningen en dagvaardingen. Daarmee proberen ze mensen niet bestaande schulden te laten betalen. “Check de mail, check de rekening en check de gerechts­deurwaarder”, aldus bestuurslid Paul Otter van de KBvG.
 

Check of de afzender echt gerechtsdeurwaarder is
Via het nepbericht worden mensen onder grote druk gezet om een bedrag over te maken naar de rekening van de oplichter. Onder meer wordt gedreigd met een dagvaarding, beslaglegging op bankrekeningen of het blokkeren van het mailadres. Het bericht is met  knippen en plakken in elkaar gezet. De afzender lijkt een deurwaarderskantoor te zijn, maar is dat niet. Otter, KBvG: “Ontvangers van de nepberichten kunnen op www.registergerechtsdeurwaarders.nl checken of de afzender écht een gerechtsdeurwaarder is.”
 

Checklist op website KBvG
We vinden het belangrijk om burgers, opdracht­gevers maar ook onze leden gerechts­deurwaarders te helpen om deze malafide praktijken via e-mail, sms of via WhatsApp te herkennen. Daarom hebben we een ‘Dossier e-mail & sms-oplichting’ op onze website gezet.” Aan de hand van de checklist en voorbeelden kan de ontvanger bepalen of een bericht echt of vals is. De drie belangrijkste tips:

  • Betaal alleen rekeningen van leveranciers die u herkent en die kloppen.
  • Check de email met de emailwijzer
  • Check of het een echte gerechtsdeurwaarder is.

Blijkt het bericht van een oplichter te zijn, dan geven we tips hoe je bijvoorbeeld aangifte kunt doen bij de politie”, aldus Otter.

Over de KBvG
De Koninklijke Beroeps­organisatie van Gerechts­deurwaarders (KBvG) is een publiek­rechtelijke  beroeps­organisatie (pbo). Alle in Nederland gevestigde (toegevoegd) gerechts­deurwaarders (in totaal ongeveer 750) zijn lid van de KBvG. De taak van de beroeps­organisatie is de bevordering van de vakbekwaamheid en een goede beroeps­uitoefening van de leden.